De regen komt met bakken uit de hemel. Daar zitten deze keer heel wat koninklijke lintjes bij, 3.152 om precies te zijn. Mannen en vrouwen die zich verdienstelijk hebben gemaakt voor de samenleving. Elk jaar zet ik enkele gelukvogels op de foto. Tenminste zo kijken ze, heel gelukkig. Met in hun kielzog partner, kinderen en kleinkinderen, al even geëmotioneerd.
Ik zou me knap opgelaten voelen, nee zover zou ik het niet laten komen. Wie op 27 april naar het gemeentehuis wordt gelokt met een lullige smoes, weet dat hij de klos is. Ik zou er niet intuinen. Nou is daar niet veel reden toe. Wat anderen ook verzinnen of beweren, ik ben van onbesproken gedrag, dát wel. Dat is een absolute voorwaarde. Maar voor de rest?
Ik ben tien jaar secretaris geweest van de Dorpsraad Babberich, nu coach ik het handbalteam van mijn dochter en ik werk al zestien jaar als freelance tekstschrijver. Werken voor je geld en vrijwilligerswerk. Allemaal vanzelfsprekende zaken. Tenminste voor mij. Ik laat mijn ogen glijden over het lijstje van 2014. Paul Haenen zit er bij. Stemacteur van Bert en Grover, echt een wezenlijke bijdrage aan de maatschappij. En Martin Gaus. Ik ken grotere dierenvrienden en fijnere stemgeluiden. Daar komt Penney de Jager voorbij dansen.
In de jaren zeventig bracht ze in TopPop menig puberhart op hol met haar bewegingen. Presentator Ad Visser presteerde jaren later hetzelfde met andere bewegingen, maar voor zover ik weet heeft hij nog geen lintje. Misschien dat Penney daar voor kan zorgen. Want je mag jezelf niet voordragen, als je het echt graag wilt en gek bent met jezelf, dan is het handig als je een netwerk hebt. Kun je achter de coulissen, in de wandelgangen of op een verjaardagsfeestje zelf de argumenten aandragen.
Ik gun iedereen het beste, maar van mij mogen al die lintjestoestanden de prullenbak in. Willekeur, status en vriendjespolitiek, dat wil je toch niet? Daarin sta ik niet alleen. Kunstenaar Riet Mooren uit Zevenaar kreeg in 2008 de Burgemeester van Bastelaarprijs uitgereikt vanwege haar bijdrage aan het culturele leven in haar woonplaats. ,,Als ik op mijn leeftijd nog erkenning moet krijgen, dat zou toch zielig zijn?” sprak ze. Ze ging toch naar het gemeentehuis, zij het niet hossend, maar ingetogen. ,,Er is al zoveel strijd in deze wereld, dus ik zie het maar als een stuk waardering.”’
Riet heeft een groot voordeel. De onderscheiding is helemaal van haarzelf. Een koninklijke onderscheiding mag niet mee de kist in, het lintje blijft van de staat voor eventueel hergebruik. Je zult het ding maar kwijt zijn als de decorandus is overleden. Staat daar een boete op? Nog erger: straks krijg ik het lintje van Penney de Jager. Eerlijk gezegd heb ik er meer recht op.